Onderhoud van waterplanten
I. Waterplantenonderhoud
Net als gewone planten hebben ook waterplanten onderhoud nodig. Als de planten in een vijver niet goed onderhouden worden, zal hun groei achteruit gaan en kan de vijver problemen krijgen. Op deze pagina kijken we naar het poten van nieuwe waterplanten, het bemesten ervan, draadalgen tegengaan en het snoeien van de waterplanten.
Waterplanten hebben net als andere planten onderhoud nodig. Denk hierbij aan het poten van nieuwe planten, bemesten, draadalgen tegengaan en het snoeien van de planten.
Elk soort waterplant vergt zijn eigen onderhoud. Zuurstofplanten, waterlelies en moerasplanten moeten elk op de juiste manier onderhouden worden voor de beste groei.
Zuurstofplanten zijn hierbij extra belangrijk, omdat deze planten het vijverwater zuiveren en zo de vijver helder houden. Deze planten vervullen een belangrijke taak in het biologisch evenwicht in de vijver. |
|
|
II. Poten van nieuwe waterplanten
Plantperiode
Nieuwe waterplanten kunnen in de vijver geplaatst worden van maart tot augustus. Planten die in deze periode in de vijver gezet worden, hebben de grootste kans voldoende aan te sterken om zo de winterperiode te overleven.
Plantmanden en plantgrond
Waterplanten kunnen, als ze eenmaal goed zijn aangeslagen, enorm woekeren. Het is daarom het beste, de planten zoveel mogelijk in speciale plantmandjes te zetten. Deze mandjes zorgen er ook voor, dat de wortels van de waterplanten voldoende zuurstofrijk water krijgen. Dit gaat rotten van de plant en wortels tegen.
Afhankelijk van de soort waterplant, kun je de volgende grondsoorten gebruiken:
Zuurstofplanten: speciaal zuurstofplantensubstraat of een gelijk mengsel van vijveraarde en scherp zand;
Waterlelies: speciale lelieaarde of vijveraarde vermengd met klei;
Oever- en moerasplanten: vijveraarde met een vijfde deel scherp zand.
|
|
Zuurstofplanten kunnen het beste in speciale plantmandjes gepoot worden; dit zorgt ervoor dat de plantenwortels voldoende zuurstofrijk water krijgen en dat de plant zich na verloop van tijd niet door de hele vijver verspreidt.
Op de foto zijn de bosjes zuurstofplanten in speciaal zuurstof-plantensubstraat gepoot. Een gelijk mengsel van vijveraarde en scherp zand volstaat echter ook.
Zuurstofplanten kunnen het beste op een diepte van ongeveer 50cm in de vijver staan. |
III. Bemesten van waterplanten
Voedingsstoffen voor waterplanten: voedingszouten of mineralen
Gewone tuinplanten worden een- of tweemaal per jaar bemest, zodat ze voldoende voedingsstoffen op kunnen nemen. Ook waterplanten hebben voedingsstoffen nodig voor hun groei. In plaats van mest spreken we hier echter van voedingszouten of mineralen. Deze worden aan het vijverwater worden toegevoegd. Hiermee wordt de hardheid van het vijverwater verhoogd.
Omdat invallende regen erg zacht is, loopt de hardheid van elke vijver geleidelijk terug. Daarnaast onttrekken waterplanten bij hun groei mineralen aan het water. Om voldoende plantengroei in de vijver te kunnen houden, is het daarom noodzakelijk de vijver periodiek van nieuwe mineralen of voedingszouten te voorzien.
Mineral Clay bevat alle voedingstoffen (mineralen of voedingszouten) die zuurstofplanten nodig hebben.
Mineral Clay is een kleiachtig product, dat op de bodem van de vijver aangebracht wordt. Hier lost het langzaam op en voorziet op die manier het vijverwater langdurig van de juiste voedingsstoffen voor de zuurstofplanten.
Mineral Clay is verkrijgbaar in onze webshop. Vijverinsite rekent nooit verzendkosten of andere bijkomende kosten. |
|
|
Voedingsstoffen voor waterplanten: het belang van kooldioxide (Co2)
Gewone planten halen een belangrijk deel van hun voedingsstof uit de atmosfeer: kooldioxide of Co2. Deze Co2 zetten ze om in zuurstof en in koolstofverbindingen. De zuurstof ademen ze uit, de koolstofverbindingen vormen het bladgroen en de overige plantenvezels.
Waterplanten hebben ook Co2 nodig voor hun groei. Deze planten halen hun Co2 uit het vijverwater in plaats van uit de lucht. Ze kunnen dan ook alleen groeien als het vijverwater voldoende Co2 bevat. In tegenstelling tot de atmosfeer, bevat vijverwater niet altijd genoeg Co2. Bij bemesting van de vijver hoort daarom ook het toevoegen van Co2 aan het vijverwater, als het natuurlijke Co2-gehalte van de vijver te laag is.
Omdat Co2 een gas is (koolzuur) kun je dit niet zomaar aan het vijverwater toevoegen. Je hebt hiervoor een product nodig, waarin de Co2 een vaste vorm heeft: een carbonaatzout. Dit is een scheikundige verbinding van Co2 met een andere stof. Door zo’n carbonaatzout op te lossen in de vijver, voorzie je het vijverwater van extra Co2.
Door de karbonaathardheid van de vijver (KH-waarde) te meten, wordt duidelijk of de vijver een gebrek heeft aan Co2. Als de KH-waarde lager is dan 7, moet aan de vijver extra carbonaatzout toegevoegd worden.
|
|
KH-Extra is een voor de vijver geschikt gemaakt carbonaatzout. Door KH-Extra op te lossen in het vijverwater, komt er direct extra Co2 beschikbaar voor de zuurstofplanten. In veel vijvers is dit noodzakelijk, omdat het vijverwater in deze vijver een te laag natuurlijk gehalte aan Co2 heeft.
KH-Extra verhoogt de karbonaathardheid (KH-waarde) van het vijverwater. Deze KH-waarde moet minimaal 7 bedragen en kan gemeten worden met een testsetje.
KH-Extra is verkrijgbaar in onze webshop. Je betaalt bij ons nooit verzendkosten of andere bijkomende kosten. |
IV: Draadalgen tegengaan
Draadalgen zijn eigenlijk geen echte algen, maar draadvormige wieren. Draadalgen kun je beschouwen als het onkruid in een vijver. Ze kunnen de zuurstofplanten in de vijver volledig overwoekeren en daarmee de groei van deze planten in gevaar brengen. Het is daarom belangrijk om bij beginnende draadalg snel in te grijpen.
Draadalgen stellen veel lagere eisen aan hun groei dan waterplanten. Zo kunnen ze probleemloos groeien in zacht vijverwater. Waterplanten hebben juist hard vijverwater nodig voor hun groei. Als in een vijver de waterhardheid terugloopt, vermindert de plantengroei en neemt de groei van draadalgen toe. Het is daarom belangrijk om, naast het bestrijden van de draadalgen, ook de waterhardheid van het vijverwater gelijktijdig te verhogen. De draadalgen zullen anders weer vrij snel terugkomen.
Draadalgen beginnen in het voorjaar eerder te groeien dan de waterplanten en groeien in het najaar langer door. Dit is de reden dat een vijver aan het begin van het seizoen ineens een draadalgenplaag kan hebben. Door de vijver in het najaar preventief te behandelen tegen draadalg, kan dit voorkomen worden.
Met Draadalg-in-één bestrijd je draadalgen op de juiste wijze. Dit middel doodt niet alleen aanwezige draadalgen en algensporen, maar verbetert ook de waterhardheid van de vijver.
Een te lage waterhardheid is in veel gevallen de achterliggende oorzaak van draadalg. Draadalgen groeien goed in zacht water, terwijl de groei van de zuurstofplanten juist afneemt bij een te lage waterhardheid. Hierdoor kan draadalg enorm gaan woekeren.
Draalg-in-één pakt daarom een draadalgprobleem bij de bron aan, in plaats van alleen aan symptoombestrijding te doen.
Draadalg-in-één is verkrijgbaar in onze webshop. Je betaalt bij ons nooit verzendkostenof andere bijkomende kosten. |
|
|
V: Snoeien van waterplanten
Voor een goede groei is het belangrijk, dat met name de zuurstofplanten in de vijver op de juiste manier gesnoeid worden. Eerder hebben we al gezien, dat deze planten voedingsstoffen opnemen uit het water en daardoor de vijver helder houden. Hoe harder de zuurstofplanten groeien, des te beter ze hierin slagen.
Als zuurstofplanten eenmaal de wateroppervlakte bereikt hebben, wordt hun groei minder. Om die reden moeten zuurstofplanten enkele keren per jaar teruggesnoeid worden tot circa 1/3 deel van hun lengte. Hierdoor blijven er nieuwe, jonge scheuten aan de plant komen, die naar de oppervlakte kunnen groeien.
Geschikte momenten voor het snoeien zijn het najaar en het vroege voorjaar (waarbij de scheuten van het voorgaand jaar gesnoeid worden). Tijdens het groeiseizoen mogen regelmatig enkele planten teruggesnoeid worden, maar het is beter om de vijver in deze periode niet te radicaal onder handen te nemen.
Voor wat betreft de waterlelies omvat het snoeien vooral het wegknippen van dode bladeren en uitgebloeide knoppen. In het najaar kan de plant kaalgeknipt worden; alleen de wortelstok overleeft de winter.
Oever- en moerasplanten kunnen in het najaar ook teruggesnoeid worden. Het loof van deze planten sterft, op enkele uitzonderingen na, volledig af in de winterperiode.
|
|
Goed vijveronderhoud zorgt voor een mooie, gezonde vijver met helder water.
Het poten van waterplanten, bemesten van het vijverwater, bestrijden van draadalgen en het snoeien van de vijverplanten zijn werkzaamheden die jaarlijks terugkeren.
Door op onze website te lezen hoe deze werkzaamheden uitgevoerd moeten worden en door gebruik te maken van de juiste onderhoudsmiddelen, kun je je vijver eenvoudig in topconditie krijgen en houden. |
|